Vanaf het moment, dat een kind de Basisschool “binnen komt”, worden zijn/haar leerprestaties gevolgd met behulp van het LeerlingVolgSysteem.
Een leerlingvolgsysteem (LVS) wordt tegenwoordig ook wel genoemd: het Leerling- en OnderwijsVolgSysteem (LOVS).
Het bestaat uit een heleboel toetsen, die niet aan een bepaalde methode gebonden zijn en die goed genormeerd zijn (over de resultaten bestaan landelijke afspraken). Voor iedere leerling worden gedurende zijn gehele Basisschoolperiode de afgenomen toetsen en de bijbehorende resultaten opgeslagen op een computer. Op het L(O)VS staan toetsresultaten vermeld voor vakken als: functieontwikkeling (motoriek, reken- en taalvoorwaarden), technisch en begrijpend lezen, rekenen en hoofdrekenen, spellen, etcetera.
De toetsresultaten worden uitgedrukt in Citoniveaus, Percentielen, DLE’s (zie onder).
Vanaf schooljaar 2023-2024 heet het “oude leerlingvolgsysteem” voortaan “leerling in beeld”. Bij “Leerling in beeld” worden als basis voor het leren twee factoren benadrukt, namelijk het sociaal-emotioneel functioneren en de executieve functies.
Onder sociaal-emotioneel functioneren vallen o.a.: sociaal zelfbeeld (hoe ben ik in de omgang met anderen?); cognitief zelfbeeld (hoe denk ik over mijn leren/leerprestaties); de schoolbeleving; gevoel van sociale veiligheid; gedrag in de klas; pesten of gepest worden.
Bij executief functioneren zijn vooral van belang: (werk-)geheugen en stabiliteit; luister- en werkhouding; zelfstandig leren en werken; plannen, organiseren en structureren, impulsbeheersing, flexibiliteit
(bv. kunnen wisselen van leertaken).
Per eigenschap kan zowel de leerkracht als de leerling aangeven of er sprake is van groei, of dat er juist extra op gelet moet worden.
Bij “Leerling in beeld” worden verder prestaties/vooruitgang op de belangrijkste vakgebieden weergegeven aan de hand van referentieniveaus (1F-4F).
De vakken zijn: begrijpend lezen, begrijpend luisteren, taalverzorging, rekenen/wiskunde.
Toetsen voor “Leerling in beeld” betreffen de vakgebieden Begrijpend Lezen; Rekenen-Wiskunde; Taalverzorging; DMT en AVI (Technisch Lezen); Woordenschat; Begrijpend luisteren; Rekenen-Baisbewerking; Engels; Sociaal-emotioneel functioneren en Executieve functies. Met behulp van de groeimeter kan de vooruitgang van de leerling worden aangeduid.